Het Rathenau Instituut dringt aan op een snellere aanpak voor de bestrijding van radioactief afval in Nederland. Volgens het instituut is het onrealistisch om pas rond 2100 te besluiten over een definitieve oplossing. Zeker gezien de plannen van het kabinet om nieuwe kerncentrales te bouwen, is actie nu nodig.
Nederland produceert dagelijks radioactief afval, bijvoorbeeld bij de opwekking van kernenergie en de productie van medische isotopen. Dit afval blijft honderdduizenden jaren gevaarlijk en moet worden opgeslagen in een veilige bergplek. De keuze voor een geschikte locatie is een complex proces met maatschappelijke en politieke implicaties, wat vaak decennia in beslag neemt.
Op dit moment wordt het radioactief afval tijdelijk bovengronds opgeslagen in Borsele. Het kabinet wil pas rond 2100 besluiten over een definitieve oplossing. Het Rathenau Instituut adviseert echter om de besluitvorming te versnellen en in stappen te ondernemen.
De geadviseerde aanpak is anders dan de huidige strategie van het kabinet, die terug redeneert vanuit een einddoel. Het Rathenau Instituut pleit voor een proactievere benadering waarbij verschillende beheermethoden en keuzemogelijkheden worden onderzocht. Dit creëert richting en urgentie, wat nu ontbreekt.
Het instituut adviseert het kabinet om de besluitvorming op te delen in vijf fases, elk enkele jaren tot meerdere decennia lang. In elke fase moet de overheid in overleg met de maatschappij beslissen over de volgende stap.