In Amsterdam en omstreken worden dit jaar weer talloze festivals gehouden, zoals Amsterdam Pride, het Grachtenfestival en het Sluis- en Bruggenfestival in Weesp. Op deze festivals is het gebruikelijk om een drankje te bestellen in een plastic bekertje. Maar wat gebeurt er met dit bekertje na gebruik?
In 2050 wil Amsterdam een circulaire economie realiseren waarin afval niet bestaat. Dit betekent dat materiaal opnieuw wordt gebruikt, zoals een plastic bekertje dat na gebruik als beker of iets anders van plastic weer wordt ingezet. De Europese Unie zet hierin in met regels zoals de SUP-richtlijn (Single Use Plastics), die wegwerpplastics verbiedt. Zo zijn rietjes bij appelsap nu niet meer van plastic, maar van karton.
Festivalorganisatoren hebben voor het verstrekken van dranken twee opties: harde plastic bekers die na gebruik worden gereinigd en opnieuw worden gebruikt, of zachte plastic bekers die slechts één keer mogen worden gebruikt en vervolgens goed moeten worden gerecycled.
Beide keuzes hebben hun eigen voor- en nadelen. De belangrijkste eis is dat de bekertjes terugkomen bij de organisatie om te voorkomen dat ze op straat of in het bos belanden. Duurzaam zijn harde plastic bekers, mits ze minstens vijf keer gebruikt worden. Dit betekent wel dat barpersoneel meer tijd nodig heeft om de bekers schoon te maken en weer voor te bereiden.
De zogenaamde ‘final cup’ zijn de laatste zacht plastic bekertjes die moeilijk te verzamelen zijn. Veel van deze bekertjes blijven achter op festivals, waardoor organisatoren een boete moeten betalen aan de leverancier van de bekertjes.