De Nederlandse overheid zet in op een circulaire economie om in 2050 een economie met nagenoeg geen afval te realiseren. Dit doel is dringend noodzakelijk gezien de groeiende wereldbevolking en de beperkte natuurlijke hulpbronnen.
Circulaire economie betekent dat materialen die nu als afval worden beschouwd, worden hergebruikt in plaats van weggegooid.
Om dit te bereiken, moeten producenten minder afval produceren en consumenten bewuster zijn van hun aankopen. De overheid introduceert hiervoor verschillende maatregelen, waaronder verplichte afvalreducties voor sectoren met veel vervuiling, zoals de bouw en de kledingindustrie.
In de bouw kunnen bijvoorbeeld gebruikte brugonderdelen een tweede leven krijgen, beton worden gerecycled en duurzame materialen als stro en hout vaker worden gebruikt. Ook in de kledingindustrie wordt meer aandacht besteed aan hergebruik en recycling: vanaf 2025 moet 50% van het textiel na afdanking worden hergebruikt of gerecycled.
Staatssecretaris Heijnen benadrukt dat een omslag in het denken nodig is, zowel bij overheden als bij producenten en consumenten. Alleen met meer ambitie, heldere regels en circulair ondernemerschap kan het doel van een circulaire economie in 2050 worden bereikt.