Een jig, ook wel jig-separator genoemd, is een techniek die wordt gebruikt om materialen van verschillende dichtheid van elkaar te scheiden op basis van zwaartekracht en opwaartse waterbeweging. Deze methode wordt vaak ingezet in de recycling- en mijnbouwsector om waardevolle stoffen zoals metalen te scheiden van lichtere verontreinigingen of dragers.
Werking van een jig
Een jig bestaat uit een waterbad waarin het te scheiden materiaal wordt geplaatst op een geperforeerde bodem (zeef). Onder deze zeef zit een bewegend membraan of een lucht- of waterpulsatiesysteem dat zorgt voor pulserende stroming. Deze pulsen duwen het materiaal periodiek omhoog, waarna het weer bezinkt. Tijdens dit proces treedt stratificatie op: de zwaardere deeltjes (zoals metalen) zakken naar de bodem, terwijl lichtere materialen (zoals kunststoffen of hout) bovenop blijven liggen.
Door het gecontroleerd afvoeren van verschillende lagen kunnen de gewenste materialen worden gescheiden in meerdere fracties.
Toepassingsgebieden
- Metaalrecycling: scheiding van non-ferro metalen uit zwaardere fracties
- Recycling van shredderresidu’s (bijv. van autowrakken)
- Scheiding van mineraalrijke of metaalrijke fracties in slakken of asresten
- Bouw- en sloopafval: scheiding van stenen, beton en lichtere materialen
- Mijnbouw: scheiding van ertsen op basis van dichtheid
Voordelen van jig-technologie
- Efficiënte scheiding zonder chemische toevoeging
- Geschikt voor grove materiaalfracties (vaak 4–100 mm)
- Energiezuinig ten opzichte van andere natte scheidingstechnieken
- Robuust en toepasbaar bij uiteenlopende materiaalsoorten
Aandachtspunten
- Vereist een watercircuit en zuivering, wat ruimte en beheer vraagt
- Niet geschikt voor zeer fijne deeltjes of materialen met geringe dichtheidsverschillen
- Kan beïnvloed worden door materiaalvorm of verontreinigingen (zoals folie)
