Meer afvalimport nodig voor overschot afvalenergiecentrales

Utrecht, 10 September 2012. De overcapaciteit van afvalenergiecentrales (AECs) zal ongeveer 1,5 – 2,0 miljoen ton per jaar bedragen vanaf 2015, tenzij Nederland meer afval gaat importeren. In 2011 is de import al meer dan vervijfvoudigd naar 300 kiloton. Het beste blijft natuurlijk ter plekke het afval verwerken. Maar als een land haar afval niet zelf kan verwerken, kan het beter hierheen komen. Onze AECs zijn immers geëquipeerd zoveel mogelijk nuttige restproducten en energie –meer waarde uit afval- te leveren. Vooral het Verenigd Koninkrijk (VK) zorgt voor een flink importperspectief: er is al 1,2 mio ton aan exportvergunningen verleend. Stijgt de afvalimport niet, dan dreigt over een paar jaar sluiting van overbodige centrales; met name van de centrales die minder efficiënt zijn in energieopwekking en recycling.

In Nederland stijgt het afvalaanbod niet meer en schommelt rond de circa 60 miljoen ton per jaar. Dit komt door de aanhoudende crisis en door het succes van afvalpreventie, hergebruik en recycling. Nederland behoort tot de TOP5 van best presterende EU-lidstaten, met 80% recycling. Daar komt nog 3% extra recycling bovenop als doelstelling voor 2015 van staatssecretaris Atsma van infrastructuur en milieu waardoor nog minder afval verbrand of gestort zal worden. Zo ontstaat het overschot, na een jarenlang tekort, aan afvalenergiecentrale (AEC)-capaciteit. De huidige capaciteit is rond de 7,5 miljoen ton. Het aanbod is op dit moment circa 6,5 miljoen ton en wordt aangevuld met import en afval dat uit stortplaatsen wordt afgegraven. Het landelijk aanbod is dalend naar ongeveer 5,5 miljoen ton in 2015.

Dit schrijft Rabobank in haar Thema-update: ‘De afvalsector, de grondstoffenrotonde uitgelicht’ die vandaag verschenen is. Daaruit blijkt dat de vooruitzichten van afvalimport naar Nederlandse afvalenergiecentrales (AECs) - ondanks de crisis en toegenomen overcapaciteit – niet ongunstig zijn. Een aantal ons omringende EU- lidstaten heeft onvoldoende afvalverwerkingscapaciteit maar moet wel hun recyclingdoelstellingen halen.

Ronald de Vries, industrieanalist van Rabobank: “Vooral vanuit het VK kan dus veel afval onze kant opkomen, met als drijvers de stijgende stortbelasting en tekort aan eigen verwerkingscapaciteit van hoogcalorische restfractie. De afvalexport naar Nederland kan daardoor toenemen tot 2 à 3 miljoen ton per jaar, tot ver na 2015. Als Nederlandse AECs dit hoogcalorisch afval kunnen verwerken, hebben zij voorlopig geen last van overcapaciteit.”

Stijgende prijzen: meer recycling
Prijzen van hout, papier, karton en metalen laten een flink herstel zien sinds het begin van de crisis in 2009. Dit betekent de wind in de rug van het voorgenomen recyclingbeleid. Meer dan de helft van al het afval ontstaat in de private sector (bouwnijverheid, industrie en dienstensector) en wordt daar ook gerecycled. Private afvalbedrijven hebben daardoor het grootste marktaandeel en ook de beste kansen om hun recyclingdiensten te optimaliseren en te integreren. Rabobank stelt dat de groeikansen liggen bij de inzameling en recycling aan de “voorkant” van de waardeketen en in het creëren van waarde uit afval. De Vries: “Dit is de grondstoffen-rotonde: afvalstromen rijden de rotonde op en na verwerking verlaten ze die als grondstoffen om hun weg te vinden in producten. Met deze gedachte kan Nederland binnen de EU een voortrekkersrol vervullen in het terugdringen van grondstoffenschaarste.”
Groeikansen in recycling nemen ook toe door schaalvergroting en een gunstiger “economy of scale” bijvoorbeeld door specialisatie, zeker als bedrijven, producenten en recyclingbedrijven elkaars waardeketen versterken in binnen en buitenland. Rabobank acht daarom verdere schaalvergroting en consolidatie kansrijk om kostenvoordelen te realiseren en volumes veilig te stellen. Als tegelijkertijd een slag gemaakt wordt in de kwaliteitsverhoging van de restproducten, zoals gerecycled beton, spaanplaat, glas, metalen en in toenemende mate rare earth metals (REM) groeit de meerwaarde.